FairFin nam het nieuwe regeerakkoord onder de loep. Ondanks enkele voorzichtige positieve punten blijft de financiële sector voorlopig buiten schot. Leerde deze generatie politici niks uit de vorige financiële crisis?
Eindelijk is er een regering. De coronacrisis haalde de voorbije maanden niet alleen ons leven overhoop, maar ook de perceptie van wat politiek haalbaar lijkt. Deze regering nam enkele positieve engagementen. Toch is dit beleid geen echte kentering op het vlak van duurzaamheid en sociale rechtvaardigheid in het financieel systeem. Er blijven ook nog veel vragen. De spelregels van het financieel systeem die onze samenleving ontwrichten blijven onaangeroerd. Hieronder bespreken we zeven punten die we wel of net niet lazen in het regeerakkoord over de financiële sector
1. Regulering van banken
Onze visie: Ondanks de ravage van de financiële crisis van 2008 en de financiële instabiliteit tijdens de Coronacrisis, houden grootbanken, in hun zoektocht naar veel en snelle winst, zich nog steeds volop bezig met risicovolle activiteiten, zoals de handel in derivaten. Hun buffer is te klein om een grote crisis aan te kunnen. Ze rekenen op de steun van overheden en hun centrale banken nodig om crisissen te overbruggen. Zo komt de stabiliteit van onze economie in gevaar en blijven banken afhankelijk van publiek geld om hun winst veilig te stellen.
De financiële sector spreekt bovendien steeds meer over duurzaamheid en ethiek. Ondanks mooie woorden blijven verschillende grootbanken betrokken bij tal van schandalen rond schadelijke investeringen, corruptie, witwaspraktijken, fiscale paradijzen, enz. Hun impact op de maatschappij is enorm groot, en verdient daarom een breder maatschappelijk debat.
Bij FairFin vinden we dat banken een maatschappelijke rol te spelen hebben en dat ze dus verantwoording moeten afleggen over hun beleid en praktijken. Aan toezichthouders, aan het parlement, aan het middenveld, aan burgers en aan klanten. Daarom zou transparantie een gezonde democratische reflex moeten zijn. Corruptie, belastingontduiking en witwaspraktijken moeten onmogelijk gemaakt worden.
De ervaring leert dat alleen overheidsregulering van de sector een antwoord biedt op deze maatschappelijke uitdagingen.
Wat we kregen: In het regeerakkoord is echter niks te lezen over het beter reguleren van banken. En dat aan de start van een enorme financiële crisis. Het belette overheden niet om banken te steunen met geld van de belastingbetaler, om verliezen op leningen van bedrijven en hypotheekleningen op te vangen. Daardoor werden de banken in de feiten een publieke dienstverlener. Het regeerakkoord vermeldt heel algemeen dat banken hun dienstverleningsfunctie moeten blijven vervullen. Maar er hangen geen duidelijke engagementen aan vast. In de voorbije maanden zijn de regels voor banken zelfs versoepeld, onder het mom van ze meer flexibiliteit te geven om de economische crisis door te komen. Deze regering rekent op de goodwill van banken. Zelfs al bewijst de sector keer op keer, schandaal na schandaal, dat ze dit vertrouwen schendt. Van een regering die beweert haar kop niet in het zand te steken voor de grote sociale en ecologische uitdagingen, verwacht FairFin dat ze banken aanpakt als de publieke instellingen die ze eigenlijk zijn, en hen voldoende reguleert. Zodat banken niet in de weg staan, maar een instrument zijn om onze grote uitdagingen het hoofd te bieden.
Ook rond fraudebestrijding vinden we de ambities eerder pover. Het bankgeheim wordt een stukje opgeheven. Tot nu toe werden enkel de Belgische rekeningnummers bijgehouden. Nu zullen ook de bedragen op die rekening beschikbaar zijn voor de fiscus, als er een vermoeden van fraude is. Een stap vooruit, al is het nog een zeer lange weg naar het doeltreffend en globaal aanpakken van belastingsontduiking en andere criminele geldstromen. Daarnaast pleit de regering voor meer transparantie vanwege de banken, maar spreekt daarbij enkel over de kosten die banken aanrekenen, en niet over transparantie over hun impact. Na het FinCEN-schandaal hoopten we op een verbod op anonieme banktransacties, maar de regering wacht blijkbaar liever het volgende schandaal af.
2. Investeringen voor de wereld van morgen
Onze visie: Om een sociaal rechtvaardige klimaattransitie mogelijk te maken, is het nodig om alle mogelijke financieringsbronnen gezamenlijk en gecoördineerd in te zetten. Daarin passen onder de juiste voorwaarden ook samenwerkingen tussen de overheid, bedrijven en particulieren. Bij FairFin vinden we sociale rechtvaardigheid essentieel. Daarom is het belangrijk dat zowel de kosten en risico’s, als de baten van dergelijke investeringen, evenwichtig gedragen worden door zowel privé als publieke investeerders. Om dat mogelijk te maken is het fundamenteel dat transparantie en democratische inspraak gegarandeerd worden.
Wat we kregen: De nieuwe regering wil verder inzetten op Publiek-Private Samenwerkingen (PPS). Ze wil privaat kapitaal sturen in de richting van de energietransitie, mensen stimuleren om spaargeld in duurzame ecologische projecten te investeren en productieve investeringen bij bedrijven promoten. Om het privégeld aan te trekken wil ze meer administratieve en rechtszekerheid geven aan investeerders en hen fiscale voordelen geven.
Hoewel we het goed vinden dat er aandacht is voor het investeren in duurzame projecten, zijn we ook op onze hoede. Bij deze PPS structuren liggen de grootste kosten en risico’s vaak bij de publieke investeerder (de belastingbetaler dus). De privé gaat in die gevallen lopen met de winst, terwijl de overheid met de kosten blijft zitten, ook al zijn de private investeerders zeer kapitaalkrachtig.
De regering wil ook een conventie afsluiten met de financiële sector (banken, vermogensbeheerders en leasingmaatschappijen) om mee te investeren in projecten die verband houden met de strategische focus van deze regering. Ze wil ook een investeringsconferentie organiseren rond de doelstellingen van het investeringspact. Wat is het kader dat de regering voor de financiële sector zal scheppen om mee te investeren? Zullen deze conventie en conferentie op een democratische manier tot stand komen? Met transparantie en inspraak van het parlement en middenveld? Als deze regering iedereen wil meenemen in haar relance, moet ze de samenleving en het middenveld hier een prominente plaats geven.
3. Belfius is van ons
Onze visie: Belfius is voor 100% in handen van de Belgische staat. De bank heeft dus alles in huis om de rol te spelen van publieke bank ten dienste van de bevolking. We pleiten ervoor dat een maatschappelijke opdracht centraal komt te staan bij de bank en niet het winstbejag op korte termijn. Om dit te realiseren moet de bank ook verantwoording afleggen aan stakeholders (klanten, personeel, Belgische burgers) in plaats van aan shareholders (de Belgische overheid) alleen.
Wat we kregen: Het regeerakkoord zwijgt in alle toonaarden over Belfius. Zowel Sp.a, PS, Groen en Ecolo hadden in hun verkiezingsprogramma nochtans expliciet aangegeven dat ze Belfius als overheidsbank willen houden. Ze vormen nochtans een ruime meerderheid in deze coalitie (50 van de 88 zetels). Het weglaten van dit thema suggereert dat ze voor een status quo gaan. Een bank in handen van de overheid waar ze niets mee doet. Meer nog dan FPIM (zie het volgende punt) is er met Belfius een kans om als overheid een echte publieke bank in te zetten om ons uit deze crisis te loodsen. We vragen deze partijen om hun gewicht in de schaal te leggen om de bank alsnog een democratisch en publiek mandaat te geven en centraal te zetten in hun sociale, ecologische en economische strategie.
4. Publieke investeringsmaatschappijen
Onze visie: België beschikt net als veel andere landen over ‘publieke investeringsmaatschappijen’: instellingen die met belastinggeld investeren in het maatschappelijk belang. Deze investeringsmaatschappijen bieden mogelijkheden voor de financiering van een eerlijke transitie. Zij kunnen namelijk investeren met een sterke blik op de lange termijn, en ondersteuning bieden aan maatschappelijk nuttige projecten die voor privé-investeerders te weinig rendabel of te riskant zijn. Voorwaarde is dan wel dat zij hun werking bouwen op sociale, ecologische en democratische fundamenten.
Wat we kregen: Deze regering wil meer publieke investeringen doen om de economie terug aan de praat te krijgen. Deels op eigen houtje, maar ook met Europa, de regio’s en ook privé -investeerders. Ze richt onder andere een transformatiefonds op via de Federale Participatie en Investeringsmaatschappij (FPIM). Dit fonds moet in “strategisch belangrijke bedrijven” investeren die een belangrijke rol spelen in het klimaatvraagstuk en de digitalisering. Ook institutionele investeerders (zoals verzekeraars en pensioenfondsen), particuliere beleggers en de regionale investeringsfondsen worden uitgenodigd om mee in het transformatiefonds te investeren. Dat is op zich positief, maar we betreuren wel dat hiervoor een apart fonds wordt opgericht. De publieke investeringsfondsen in ons land hebben nu al een beperkte slagkracht door hun sterke versnippering. Het zou veel beter zijn om de bestaande strategie van het FPIM in functie van deze doelstellingen te veranderen. hiervoor een nieuw fonds wordt opgericht in plaats van heel de FPIM op koers van de transitie te zetten. De regering richt een onafhankelijk comité op voor dit fonds, maar het is niet duidelijk of het middenveld daar ook een rol in krijgt. Daarnaast komt er ook een duurzaam beleggingsbeleid bij het FPIM. De regering engageert zich ook om investeringen in fossiele brandstoffen niet alleen bij FPIM, maar bij heel de federale overheid stop te zetten tegen 2030. Dat vinden we positief. Maar wat nog ontbreekt is een engagement om ervoor te zorgen dat alle investeringen van FPIM de klimaattest passeren, zoals ook de Europese Investeringsbank (EIB) sinds kort doet. We gaan dieper in op de rol van FPIM en andere publieke investeringsmaatschappijen in de sociale en ecologische transitie in een rapport dat we op 15 oktober publiceren en voorstellen.
5. Pensioengeld
Onze visie: Er zit enorm veel pensioengeld in pensioenfondsen en bij verzekeraars. Welke investeringskeuzes zij maken met dit geld is vaak in contradictie met het doel van dat pensioengeld. Een pensioenfonds dat massaal investeert in fossiele brandstoffen verwoest mee “de oude dag” waar dat geld voor dient. Hoeveel logischer is het om pensioengeld veertig jaar lang aan het werk te zetten in investeringen die een duurzame toekomst mogelijk maken? Pensioenfondsen zijn echter afhankelijk van de beurs, waar onzekerheid en volatiliteit nog steeds de plak zwaaien. We pleiten daarom in de eerste plaats voor een degelijk eerste pijler pensioen, gebaseerd op solidariteit tussen generaties.
Wat we kregen: De regering wil de tweede pensioenpijler veralgemenen en de derde pensioenpijler uitbreiden. Wel wil ze tweede pijler pensioenfondsen en verzekeraars stimuleren om minder in “bedrijven te investeren die schadelijk zijn voor milieu en gezondheid”, en vermeldt daarbij expliciet fossiele brandstoffen. Dat laatste is een belangrijke overwinning na jaren van divestment campagnes. We hebben dringend nood aan een algemeen uitdoofscenario met een duidelijke deadline. Niet alleen voor fondsen, ook voor banken.
6. Coöperaties
Onze visie: Dankzij hun democratische besluitvorming en beperkte winstuitkering kunnen (erkende) coöperaties zorgen voor meer evenwicht tussen economische, sociale en ecologische belangen. Daarom is het nuttig om coöperaties centraal te zetten in een economische relance en algemene economische strategie.
Wat we kregen: Deze regering wil haar steun voor coöperaties versterken. Hoe ze dit willen doen blijft echter zeer vaag. De meerwaarden en de werking van (erkende) coöperaties zijn nog te weinig gekend bij het grote publiek. Ook de investeringsmogelijkheden genieten te weinig zichtbaarheid, en gaan gepaard met nogal wat administratieve rompslomp. Daarom werd het FairFin & Financité label ontwikkeld, met bijhorende website: www.fairfinlabel.be waar investeerders inspiratie kunnen opdoen en hun investeringen kunnen beheren.
7. Basisbankdiensten
Onze visie: Bij FairFin vinden we dat iedereen toegang moet hebben tot financiële basisdiensten. De overheid moet banken daarom verplichten toegankelijk en bereikbaar te blijven met basisdiensten voor elke burger in dit land, zoals toegankelijke bankkantoren.
Wat we kregen: De regering stelt zich een heel duidelijke doelstelling om het gebruik van cash te verminderen. Dat lijkt op het eerste zicht logisch, zeker in tijden van corona, maar brengt houdt ook risico’s met zich mee. Bijvoorbeeld wat betreft privacyrisico’s in een cashloze maatschappij, maar ook sociale uitsluiting. De regering zegt bovendien dat ze belang hecht aan basisbankdiensten voor de zwaksten. Dat is nodig, want een grote groep mensen valt nu al uit de boot door de digitalisering. We zijn benieuwd welke maatregelen de regering neemt om hen te helpen.
Conclusie
Bij FairFin vinden we dat banken ten dienste van de samenleving moeten staan. De overheid moet ze daarom goed reguleren en er genoeg controle over hebben. Deze regering neemt een aantal goede initiatieven zoals divestment uit fossiele brandstoffen en het engagement om FPIM in te zetten voor de relance, maar rekent nog te veel op de goodwill van de financiële sector. De stilte rond Belfius, de verhoudingen in kosten en baten bij publiek-private samenwerkingen of de vanzelfsprekendheid waarmee een conventie tussen de overheid en de banken wordt aangekondigd. Het zijn enkele van de elementen waar we ons nog heel wat vragen bij stellen. De economische crisis die getriggerd werd door Corona heeft nog maar eens aangetoond hoe centraal banken staan in het sociaal economische welzijn van de samenleving. Maar deze regering zorgt niet voor de kentering die nodig is om ervoor te zorgen dat banken van de samenleving dienen ook daadwerkelijk hun prioriteit moeten maken